Peter Café Sport   

 

"From currency exchange establishment to post restante, from yachtclub to information bureau, from weather forecast delegation to charity institution, from tourist attaction to international visiting room, "Peter" is not just another café, but a world famous institution."


Juli 1994 met de Chimo naar: Café Sport, Horta, Faial, Azores

Haarlemsche Jachtclub - Café Sport v.v.

 

Zaterdag 9 juli 1994

Langzaam verdwijnen de Azoren in de nevel. Pico met zijn vulkaan van 2351 meter hoogte is nog het langste te zien. Met een snelheid van 4 knopen laten wij Café Sport achter ons. Ik denk aan de gezellige sfeer en de hartverwarmende belangstelling van Peter en zijn zoon José. De avond voor ons vertrek zei José, terwijl hij mij een afscheidscadeau gaf, "tot over twee jaar". Ik denk daaraan en durf niet meer achterom te kijken.

 

Eén jaar eerder, juni 1993

Wat doe je als je eens 8 weken vrij kan krijgen. Bij mij was er maar een gedachte en dat was naar Café Sport, Horta, Faial, Azoren. De familie Azevedo heeft er voor gezorgd, dat het café wereldberoemd is geworden. Al tientallen jaren is het café geopend voor, behalve drank en snacks, postadres, telefoneren, wisselkantoor, weerberichten, souvenirs en advies over allerlei lokale zaken. Je vindt aan de muur een geschiedenis terug van lange afstand zeilers, nl. vlaggetjes, wimpels, T-shirts etc. Boven bevindt zich een soort museum met honderden beschilderde walvistanden. In de vele gastenboeken kom je namen tegen van Eric Tabarly, Mike Rickey, de fam. Hiscock en Francis Chichester. Verder tientallen boeken waarin Café Sport vermeld wordt. IJmuiden uit en in een keer naar Café Sport, dat is het plan. +/-1800 mijl, dat geeft met een gemiddelde snelheid van 5 knopen 15 dagen varen. De voorbereiding bestaat uit het regelen en bekijken van zeekaarten, pilots, drinkwater, elektra, reserve onderdelen, medicijndoos, motor, reddingsmiddelen, verzekering, eten, zeilvoering, brandstof, navigatie apparatuur. De lijst is lang, maar de voorbereiding, die een jaar duurt, is al de helft van het plezier. Alle problemen worden doorgesproken en opgelost, want ik ken geen andere club waarvan de ochtend koffie ploeg zoveel kennis van zaken heeft!

 

Vrijdag 3 juni 1994

Het weer is guur en er staat een stevige wind, maar het clubhuis is gezellig vol, wanneer Goos en ik op het door Theo en Cees (mede clubleden) georganiseerd afscheid komen. De consumpties 'Atlantic met Azorensmaak' gaan vlot naar binnen en de gebruiksaanwijzing 'Haarlem - Azoren' wordt goed bestudeerd. Het anti-heimwee middel 'Jan Gijzenkade / Beatrixplantsoenwater' wordt zorgvuldig weggeborgen. Een bijzonder geslaagd begin van onze tocht. De volgende dag is het NW 8 en na koffie met gebak en vele goede wensen vertrekken wij naar IJmuiden. Hier gaan wij wachten op beter weer. Cees en Theo liggen daar te wachten om ons de weg te wijzen. 'Aan het einde van een muur (pier) linksaf (BB)'. We besluiten om de volgende morgen om 6 uur te vertrekken. 's Avonds een hapje eten en slapen, maar dat laatste lukt niet best.

 

Zondag 5 juni 1994

Om 05.10 uur staan we op en proberen een bruine boterham naar binnen te proppen. Het waait hard. Buiten staat er een vervelende zee met steile golven. Na ongeveer een uur zijn we beide behoorlijk zeeziek. Als Theo oproept dat hij teruggaat, kan er van mij een mager bedankje vanaf. Ik wil snel weer buiten zijn. Het worden zware uren. De golven zijn steil en hoog en we maken flinke klappen. Vloerplanken verschuiven, kastjes vliegen open, lades eruit en water gutst zo nu en dan naar binnen. Wij zijn nat, koud en zeeziek. Waarom doe ik dit? Met stroom tegen valt de werkelijke snelheid snel terug. We liggen om de beurt op een kuipbank wat te doezelen. De behoefte doen we in de puts. De nacht is koud, koud en vreselijk lang. In de ochtend zien we de Engelse kust en om 08.00 uur passeren we Dover. We moeten kruisen en de zee is hier met alle banken en kapen vervelend. De wind neemt weer toe en de golven steiler. De boot maakt zulke klappen, dat ik denk dat de schotten los zullen laten. Om 20.00 uur besluiten we om terug te gaan naar Dover. We hebben de afgelopen 12 uur 35 mijl afgelegd en we krijgen weer stroom tegen. We spuiten voor de wind naar Dover, waar we om 24.00 uur aankomen en gelijk het dok in kunnen. Na 42 uur lawaai is de stilte overweldigend en de door Goos gemaakte boterhammen met worst heerlijk.

 

Woensdag 8 juni 1994

Na een dag herstellen en weerberichten luisteren vertrekken we om 05.00 uur. De wind is nog steeds zuidwest, maar is sterk afgenomen. We zetten de motor aan. De voorspelling is dat de wind naar het noordwesten zal draaien, maar we merken er niets van. Om 10.00 uur passeren we het punt waar we 12 dag geleden zijn omgekeerd. Met alleen grootzeil en de motor bij schieten we nu wel op en het gaat in de goede richting. In de middag neemt de wind verder af en Goos probeert te vissen. Ik verwissel de fok voor de genua. Zo nu en dan passeert er een bui. Genua eraf, fok erop. Goos ontpopt zich zo langzamerhand, als een drie sterren kok. Deze keer boerenkool met worst. Het smaakt best. Het zonnetje schijnt en we zitten rustig buiten met een biertje en cola. Het lijkt te goed te gaan. Even voor Wight trekt de wind aan. We spuiten vooruit. We zetten een rif en vlak daarna nog een. De golven komen van drie kanten en het wordt heel oncomfortabel. Ik probeer wat te slapen, maar met zulke schuivers en klappen lukt dat niet. De stuurautomaat stopt ermee en het wordt de gehele nacht sturen. Slapen doen we niet. Het is weer vreselijk koud en we schieten niet op. Tot slot draait de wind weer naar het zuidwesten. Het zit niet mee. s'Ochtends kijken we elkaar vermoeid aan. De wind is volgens de radio noordwest, maar wij hebben steeds een zeer plaatselijke zuidwesten wind. Moedeloos word je ervan. Na een dag en nacht kruisen komen we om 05.00 uur in Falmouth aan. Het is prachtig binnenvaren in een mooie baai. Gebakken eieren, douchen, boodschappen, brandstof en een gunstig weerbericht geven ons genoeg vertrouwen om na 5 uren weer verder te gaan. De oversteek kan beginnen.

 

Vrijdag 10 juni 1994

We vertrekken uit Falmouth en beginnen de oversteek. We varen bij de wind, vol tuig, 8 knopen. Zo mag het de gehele dag blijven gaan. U2 blaast de boxen uit. "Where the streets have no name". Lands End in de verte. Lizard Point verdwijnt langzaam achter de horizon. We eten bruine bonen met gehakt en nog wat en dat kan je ruiken. 's Avonds wordt het weer koud, lange onderbroek, gewone broek, jollenbroek, 2 truien, 2 jassen, muts, handschoenen. Op deze koers kraakt de boot weer anders. De schroef begint boven de 6 knopen te gieren en maakt het slapen moeilijk. We zien wel wat schepen, maar alleen de vissersschepen zijn lastig, omdat deze constant van koers veranderen. In de ochtend zetten we de fok te loefert, wassen af, drinken een kop thee en ruimen op. Een duif land op dek. Na wat uitrusten en drinken vertrekt hij weer. Een rustige dag. 's Avonds is Maison Finnema weer uitgebreid aan het koken. We voeren een wachtschema in van 2 X 2hr + 2 X 3hr. Er staat warme chocolademelk klaar als ik mijn bed uitkom! De wind is afgenomen en het kost moeite om de snelheid boven de 5 knopen te houden. De zee verandert van kleur en wordt steeds mooier blauw. De zonsondergang is spectaculair. De nacht is weer heel koud en het is vechten tegen de slaap. Om 07.15 uur laten we het grootzeil zakken. We zetten de genua via de giek uit en de fok in de spinnakerboom. Deze zeilvoering blijft de volgende 3 dagen zo staan. Daarna is het tijd voor gebakken eieren. Onderwijl worden we opgelopen door een marineschip. Het blijkt Nederlands te zijn. De Van Amstel. Een praatje en een weerbericht, dan draaien ze om ons heen en keren weer terug. Goos probeert weer een paar haaien te vangen, maar dat wil nog niet lukken. Een rustige middag voor de wind, alleen het gijpen met twee fokken is een heel gedoe.

 

Maandag 13 juni

Het is donker, geen maan, wel een fantastische sterrenhemel. In de verte zie ik een golf fluorescerend wit breken. Voor de rest zie je niets, je hoort de golven achter je bruisen. Als de wind toeneemt begint de boot te kraken, we krijgen meer snelheid, de schroef giert, de boot surft. Wat een genot als de stuurautomaat werkt. De ochtend is koud en slaperig. We proberen nu in de voorpiek te slapen, dan horen we de schroef niet. 's Middags komen er dolfijnen. Ze spelen om de boot, zijn zeer snel en ontzettend wendbaar. De barometer zakt gestadig. De wind en de snelheid nemen toe. Het koken gaat bijzonder moeilijk, omdat de boot enorme schuivers maakt. De hoge deining komt van bakboord achter, maar de windgolven van stuurboord achter.

 

Dinsdag 14 juni

Het is weer een frisse, vochtige, pik donkere nacht. De boot gaat met een rotgang en trekt een lang wit spoor. Het begint allemaal een beetje ongecontroleerd te worden, dus rol ik de genua een paar slagen in. De sterrenhemel is fascinerend. Tientallen vallende sterren zijn er te zien. Wat valt er nog te wensen? In de verte zie ik twee witte bubbelbanen aankomen, die met grote snelheid onder de boot verdwijnen. Even later hoor ik gesnuif van enkele dolfijnen en kijk bewonderend naar de witte sporen die zij om de boot trekken. Dolfijnen in een maanloze nacht is een van de hoogtepunten van deze reis. Ondanks het lawaai slaap ik later toch lekker. Vanochtend eerst ochtendgymnastiek gedaan; gijpen. Dat is een heel karwei met twee fokken op zulke golven. Als het klaar is liggen we beide moe in de kuip. Het lijkt zo nu en dan wel een achtbaan zo hard scheuren we van de golven af. Zover je kunt kijken oceaan met witte brekende koppen. Verder een dag met veel wind, hoge golven en heftige bewegingen van de boot. Kortom eenpans maaltijd oftewel Struik-weer. Zo'n dag is wel lang. Je kunt niets doen, een beetje hangen, lezen, melig worden (gaat goed met Goos) en slapen. Als de zon onder gaat kijken we met bewondering naar het kleurenspektakel. We zijn er allebei even stil van. De dagen en nachten lopen in elkaar over. We zijn volledig ingeslingerd en lopen routinematig onze wachtjes. 's Nachts gaat de boot steeds heviger te keer en het is bijna onmogelijk om te slapen. Als grote ramp gaat dan de stuurautomaat stuk. Dit is een grote klap, want zonder kun je eigenlijk niet. Vechtend tegen de slaap, sturen we om het uur. Verschrikkelijk en we moeten nog minstens vier dagen.

 

Woensdag 15 juni

Deze ochtend geprobeerd iets aan de stuurautomaat te doen, maar het slijpsel ligt eronder. Hij is goed stuk. Om de beurt sturen we en proberen wat te slapen. Wat een hobby! Er zwemt een haai voorbij. De wind neemt iets af. Opeens begint Goos te gillen. Hij ziet een boot, de eerste in drie dagen. Het is een tonijnenvisser die langs komt om te kijken. We beginnen het Azoren hogedrukgebied te naderen. De wind blijft afnemen. We hijsen het grootzeil, halen de fok weg en zetten de genua te loefert. Daar zijn we ruim een half uur mee bezig en zijn na afloop helemaal kapot. Alles kost veel kracht op zo'n slingerende boot. Maar we lopen weer wat sneller en de boot ligt rustiger. Tegen de avond gaan we 1˝ uur op en af lopen. Door de afgenomen wind, kan er goed geslapen worden. Totaal wel 4˝ uur! In de ochtend valt de wind helemaal weg en starten we de motor. Het wordt een saaie dag met afwisselend zeilen en motoren. Er loopt een zeer hoge deining en als je er bovenop zit heb je het gevoel, dat je over de rand van de aarde kan kijken. Tegen de avond komt er een vogel uitrusten, waarmee Goos heel zoet is. Ondanks de goede zorgen is de vogel de volgende dag dood.

 

Vrijdag 17 juni

Het was weer een hele lange nacht vechten tegen de slaap. 3 maal 1˝ uur slaap is te kort en je komt steeds als een zombie uit bed. Het breekt je op. Zonder stuurautomaat is het met zijn tweetjes heel zwaar. Deze ochtend word ik wakker van gezang uit de kuip. Stilletjes maak ik het voorluik open. Een luid zingende idioot staat achter in de kuip. Goos heeft zijn jas over zijn benen, zijn broek over zijn armen, handschoenen aan zijn voeten en schoenen aan zijn handen. Wat de zee na een paar dagen met je doet. Terwijl hij op weg naar zijn bed gaat, hoor ik hem stamelen "wat is die .... zee groot, wat is die .... zee groot". De wind is nu helemaal weg. We starten de motor. We hebben uitgerekend, dat we precies genoeg brandstof hebben om Horta te halen. Je kan toch merken dat we land naderen. Het leven in het water wordt meer zichtbaar. Ieder drijvend stukje hout heeft vissen en een schildpad bij zich. Constant dolfijnen. Het zonnetje schijnt. De lucht- en zeewatertemperatuur beginnen flink te stijgen. Alleen de hele dag sturen is nu we op de motor varen verschrikkelijk saai. Ik bak een brood en we nemen een douche op het voordek. Daar knap je van op. We komen een schildpad tegen met de afmetingen van een optimist. Als we dichterbij komen duikt hij helaas weg. Langzaam gaat de dag over in de nacht en krijgen we weer een fantastische zonsondergang te zien. 's Nachts is het enige wat je ziet het kompas. Door de slaap lopen de cijfers in elkaar over. Ik word wakker, terwijl we 180 graden de verkeerde kant opvaren.

 

Zaterdag 18 juni

Vandaag zijn we gaar van het tekort aan slaap en het steeds maar moeten sturen. Verveeld gaat de ochtend voorbij, maar dan om 13.10 uur zien we land. Het eiland Graciosa. Wat land mooi kan zijn. Daar nemen we er eentje op. Vlak voor Graciosa zien we walvissen. Bij één kunnen we dichtbij komen en hij is zo groot als de boot. We varen voorzichtig met hem mee tot hij weg duikt. We kunnen nu mooi zien dat de eilanden vulkanisch zijn. Op de machtige rotsen van Sao Jorge zien we de zon ondergaan. Pico steek boven alles uit en Faial komt in zicht. In het donker naderen we Horta. Langs een hoge rotswand schuiven we de haven binnen. 8˝ dag na ons vertrek uit Falmouth leggen we om 23.15 uur aan. Het is druk, muziek schelt ons tegemoet en we lijken de enige zonder windmolen. We lopen naar Café Sport en maken kennis met José de zoon van Peter de eigenaar. Zwaaiend op de benen, staren we elkaar onwezenlijk aan. We nemen een biertje, krijgen er een en nemen er nog een. Grijnzend kijken we naar elkaar. Het was zwaar, maar het allemaal waard.

 

 

 

 

Horta, Faial

Faial, Ilha azul (het blauwe eiland door de overvloedig aanwezige blauwe hortensia) is een prachtig eiland. Door het relatief vochtige klimaat is de rijkdom aan natuur overweldigend. Het is vulkanisch met donker gekleurde stranden. In 1957 barstte de Vulcao dos Capelinhos uit zee op, nieuw land toevoegend en is tot nu toe een op een maanlandschap lijkend gebied. Faials geschiedenis is verbonden met de scheepvaart, zeeslagen en piraterij. Samen met Pico vormde Faial een wereldcentrum van de walvisvangst en vanaf 1893 het communicatiestation  van de diepzeekabels tussen Europa en Amerika. In 1919 maakte het eerste transatlantische vliegtuig een tussenlanding op Horta. Tenslotte werd de rede voor Faial het verzamelpunt van de geallieerde vloot voor de invasie in Normandie in 1944. De eerste ochtend komen Maaike en de kinderen aan met het vliegtuig. We huren een auto en rijden over het gehele eiland. We bewonderen het eiland en de eenvoudige manier van leven. Langzaam trekt er een rust in ons. In de rij staan bij de bakker wordt leuk i.p.v. ergernis. We ontmoeten in de haven vele zeilers die zich verwonderen over het feit, dat wij alleen maar op en neer varen. Zij zijn minimaal 1 jaar en een enkele al 6˝ jaar onderweg. We luisteren naar hun ervaringen over het lange afstand zeilen en het ankeren bij verre stranden. En dan is er natuurlijk "Peter Café Sport". We drinken er 's ochtends koffie, 's middags bier en 's avonds nog meer. We raken bevriend met Peter en zijn zoon José. Hun gastvrijheid en warme belangstelling is meer dan ik ooit had verwacht. De kinderen worden door Peter vreselijk verwend. Goos en ik moeten ons verhaal, dat we alleen voor een biertje naar Café Sport zijn gekomen, van Peter aan vele 'lokale' mensen vertellen. We bieden hem de H.J.C. wimpel aan, die met groot ceremonieel aan de muur wordt opgehangen. We krijgen een Café Sport wimpel terug voor ons clubhuis. De kademuren van de haven staan vol met beschilderingen van alle jachten die de haven hebben aangedaan. Men zegt dat de kleurrijke graffiti de zeilers een behouden vaart verzekeren en inderdaad gaan verhalen de ronde dat het schippers, die hun stempel of andere tekst niet in de haven achterlieten, slecht is vergaan. We nemen geen risico en gaan ook aan de slag. We varen met de veerboot naar Pico, bezoeken het dorpje en de restanten van de walvisvaart. Onheilspellend is het gebied waar de afgekoelde lavastroom nog bijna ongewijzigd zichtbaar is. Erosie en de zee hebben er een fantastisch schouwspel van gemaakt, waar de golven door de gaten opspuiten.

 

Goos vliegt naar huis en na nog een paar dagen genieten op Faial, varen wij naar Sao Miguel. Een stuk van 160 mijl. Na een half uur begeeft de stuurautomaat het weer en nog een half uur later zijn beide kinderen zeeziek. Toch wordt het een mooie zeiltocht, waarbij de kinderen natuurlijk het meest genieten van de dolfijnen. Na 24 uur varen we de haven van Ponta Delgada in. Een gloednieuwe jachthaven met zwembad wacht op ons. We bezoeken hier de vulkanen, een ananasplantage, heetwaterbronnen en prachtige vissersplaatsjes. Na ruim een week vertrekken Maaike en de kinderen met tegenzin naar huis en komt Gijsbert om mee terug te varen. Als eerste maken we de stuurautomaat met de door Goos in Nederland geregelde spullen. We varen weer terug naar Faial, want ook Gijsbert wil natuurlijk een biertje pakken in Café Sport. De tocht gaat soepel en zelfs de stuurautomaat heeft er weer zin in. De binnenkomst bij Horta is vertrouwd en de ontvangst bij Café Sport aller hartelijks. Het bier smaakt uitstekend, het weerbericht is gunstig. Helaas zo gunstig, dat we besluiten de volgende dag te vertrekken.

 

Zaterdag 9 juli

We drinken koffie in Café Sport en nemen afscheid van Peter Azevedo. Ruud en Sonja Kattenberg, die een rondje Atlantic hebben gedaan met een Waarschip 900, kunnen weerkaarten ontvangen. De kaartjes zijn klein en een windpijltje geeft aan wat wij in 3 dagen zullen varen. Het ziet er gunstig uit, maar verder dan 72 uur kan je niet kijken. Onder begeleiding van een luid toeterende Ruud varen we langzaam de haven van Horta uit. De wind varieert enorm rond de eilanden en de komende uren zijn we steeds met de zeilen bezig. Het zonnetje schijnt en het loopt lekker. 's Middags begin ik zeeziek te worden. Om 18.00 uur valt de wind weg. Het probleem is dat je maar beperkt brandstof bij je hebt. We kunnen nu wel de motor starten, maar we weten niet hoe vaak we de motor verderop nog nodig hebben. Uiteindelijk starten we hem toch en motoren de gehele nacht. Langzaam verdwijnt Faial achter de horizon. Woorden schieten te kort.

 

Zondag 10 juli

Dolfijnen spelen om de boot. Ik ben ze constant aan het voeren en voel me verschrikkelijk. Op dit soort momenten vraag ik mezelf af waarom ik dit aan het doen bent. Gijs bakt nog wat lekker vets voor zichzelf. Wat is het toch fijn als je geen last van zeeziekte hebt. Er is weer wat wind en het regent de gehele dag. Terwijl het donker begint te worden draait de wind 180 graden. We halen de spinnakerboom eruit en op dat moment begeeft de stuurautomaat het. Onder het overgeven door proberen we hem weer te maken. De tijd van breekpennen en zachte moeren is nu voorbij. We zetten alles vast met spijkers en roestvrijstalen moeren. Het houdt en we hebben een rustige nacht. In de ochtend ben ik het zat en neem een primatour. Een half uur later zit ik aan de gebakken eieren met smac. Een wondermiddel! De gehele dag hebben we wisselende winden en zijn we met de zeilen bezig. Gijs is de gehele ochtend bezig geweest om reserve onderdelen voor de stuurautomaat te maken. Ik heb trouwens mijn bemanning prima uitgekozen, want ook Gijs blijkt een meesterkok. In plaats van afvallen, kom ik aan. 's Nachts is het koud. Met deze lichte wind klapperen de zeilen verschrikkelijk. We proberen het alleen met de genua en zo blijft hij vol staan. We lopen 3 knopen. Het slapen gaat ook goed, want we hebben nu oordoppen.

 

Woensdag 13 juli

De lichte wind is vreselijk draaierig en we gaan sneller als we met de hand sturen. Op de heenweg zagen we slechts 2 schepen, maar het lijkt hier nu wel de Kalverstraat. Op een moment zie ik wel 6 schepen. Veel tonijnvissers met marine begeleiding. Later lees ik thuis over een tonijnvissersoorlog. De wind krimt naar het westen en dat is ongunstig, want dan varen we hem voor de wind dood. Zo rommelen we de gehele dag, avond, nacht en volgende dag door. Zeilen losser, zeilen aan, spiboom erin, spiboom eruit, grootzeil met 3 riffen strak gezet tegen het slaan. Vooral als we de wind dood varen slaan de zeilen hard en dat doet pijn als je je mooie spulletjes zo snel achteruit ziet gaan. Al met al zijn dit soort dagen bijzonder vermoeiend. Het zicht is intussen ook slecht geworden en het motregent bijna de gehele dag. We motoren zo nu en dan wel wat, maar veel brandstof hebben we niet meer. Tegen de avond begint het te waaien en we worden er helemaal nerveus van, want voor hoelang is dat?

 

Vrijdag 15 juli

Uit mijn logboek: -"Zo'n oversteek is echt niet leuk. De boot schudt vreselijk en daar word je doodmoe van. Verder verveel je je rot. Soms moet je sturen om de stuurautomaat te ontlasten. Voor de rest is het slapen, rondhangen, lezen, melig worden. Saai. Leo niet vergeten dit is niet leuk" - Gelukkig vergeet een mens snel! De wind draait vandaag naar het noordoosten en neemt langzaam toe. Dit betekent kruisen en als je dan de werkelijke snelheid naar Falmouth op de GPS ziet, moet je even slikken. Maison Gijsbert de Boer gooit er weer een 3 gangen menu tegenaan en bolbuikend was ik af, terwijl Pink Floyd 2 X 30 watt tegen me aanblaast. Muziek helpt me over mijn meest pessimistische bui heen.

 

Zaterdag 16 juli

De wind is enorm toegenomen. Door het lawaai is vannacht weinig van slapen gekomen. We varen aan de wind met de genua en 3 riffen in het grootzeil. Ik heb het idee dat alle stormpjes op de Atlantic hun golven in de hoek Engeland / Frankrijk gooien. De golven komen nu van 4 kanten en worden hierdoor hoog en vooral steil. Hoog aan de wind varen is er niet bij, omdat dan de boot constant paaltjes pikt. Over twee golven gaat hij soepel heen, maar de derde pakt hij vol. De klap is dan verschrikkelijk, je ziet de mast golven en ik ben bang dat hij dwars door het dek zal komen. We varen daarom wat lager. Het verlies in hoogte wordt goed gemaakt door de snelheidstoename. Het is mooi om te zien hoe de neus zich een weg vindt door deze verwarde zee. Op deze koers is nog maar een van de tien golven raak. We varen nu koers oost i.p.v. noordoost. We luisteren in spanning naar ieder weerbericht of de wind iets gunstiger wordt. Het koken is gevaarlijk, bij het afwassen golft het water uit de wasbak en het aan- en uitkleden is een hele kunst. Alles wat je in het toilet deponeert slaat weer tegen je achterwerk terug (als het je trouwens lukt te blijven zitten).

 

Zondag 17 juli

Vandaag aan de wind hakken, hakken, hakken en hakken. Als eindelijk het weerbericht krimpende, afnemende wind voorspelt ga ik uit mijn dak.

 

Maandag 18 juli

Vannacht nam de wind inderdaad af en draaide naar het noordwesten, zodat Falmouth weer bezeild is. Nog ongeveer 24 uur varen. We zijn allebei heel moe, zowel lichamelijk als geestelijk. Te weinig slaap, vannacht 3˝ uur. In de middag wordt het windstil. Stilte voor de storm. We worden langzaam omsloten door een groot onweersfront. Opeens barst het los. Harde wind, bliksem, hoge golven en slecht zicht. Het zicht is door de stortregen nog maar een meter of dertig en ik denk maar niet aan de vele schepen om ons heen. Ik durf niet meer in de kuip te zitten en kijk vanuit de kajuitopening met zonnebril op naar de bliksem die om ons heen in het water inslaat. Na enkele uren zien we een gaatje en kunnen de storing uit varen. Het front ligt van Engeland naar Frankrijk en het betekent de halve nacht bijliggen en wat heen en weer varen. In de ochtend verdwijnt het en kunnen we koers zetten naar Falmouth. Lizard Point is te zien en ik moet denken aan de heenweg. Om 11.00 uur na 10 dagen varen komen we in Falmouth aan. We doen boodschappen, nemen een douche en hebben veel te vertellen aan Maaike en Maud(schoonzus) die komen aanmonsteren voor het laatste stuk naar huis. Om 17.00 uur vertrekken we. De wind is licht en dat zal hij blijven tot IJmuiden. Afwisselend motorend en zeilend wordt het een echt vakantie tochtje van drie dagen naar huis. Zon, warm weer en veel kaartspelletjes. Vrijdag 23 juli om 13.40 uur worden we door onze privé loods de pieren van IJmuiden binnen gebracht. Na 4000 mijl varen weer veilig in Nederland dat geeft een goed gevoel. We ontkurken de champagne. Deze reis ligt achterons, maar de Azoren met zijn rust, vriendelijke mensen, prachtige natuur en Café Sport zal toch weer gaan trekken.

 

 

Kijk ook eens op de volgende pagina's: